Jessica is een klein meisje dat zich alleen moet redden. Haar moeder zorgt niet voor haar en is zelden thuis. Op een koude en regenachtige ochtend zoekt Jessica een beetje beschutting bij het koffiestalletje van Daniël Standring. Hij geeft Jessica een beetje koffie en een broodje dat van de vorige dag is overgebleven. Aarzelend staat hij haar toe om elke woensdagmorgen naar het koffiestalletje te komen. Op een zondag zwerft Jessica door de stad. Ze komt bij een kerk en ziet Standring naar binnen gaan. Nieuwsgierig gaat ze hem achterna. Standring is koster van de kerk. Ze maakt kennis met de dominee, die haar over God vertelt. Voortaan mag ze tijdens de dienst voor de preekstoel zitten.